https://www.houdenvanhonden.nl/fokken-met-je-hond/fokken-en-gezondheidsonderzoeken/patella-luxatie/
Patella luxatie
Binnen ons ras zijn afgelopen jaar een aantal gevallen gemeld van patella luxatie vandaar dat het bestuur heeft besloten om patella luxatie te gaan monitoren voor een jaar. Het ontstaan van luxaties is niet geheel te voorkomen maar erfelijkheid speelt een grote rol. Het bestuur is van mening dat streng geselecteerd moet worden om patella luxatie zo veel mogelijk uit te sluiten in de toekomst.
Achtergrond informatie
De patella (knieschijf) is een plat botje wat zich bevindt aan de voorkant van het kniegewricht. Het zit vast in de pees van de grote dijspier, die middenvoor aan het scheenbeen trekt en op deze manier staan en springen mogelijk maakt voor de hond. Om ervoor te zorgen dat de patella tijdens bewegingen niet naar opzij van het gewricht afglijdt, bevindt zich een groef aan de voorzijde van het gewricht. Hier past de patellaprecies in. Tijdens bewegen glijdt de patella op en neer in deze groef. Aan de zijkanten wordt de patella in de groef gehouden door het gewrichtskapsel en door uitlopers van de peesplaten van de spieren rond het gewricht.
Erfelijkheid
Erfelijkheid speelt een grote rol bij het ontstaan van patellaluxatie. Steile stand van de achterpoten of een iets naar binnen gedraaid scheenbeen waardoor de patella min of meer naast de groef ligt, zijn bekende aangeboren afwijkingen. De ziekte van Cushing kan ook een oorzaak zijn. Deze ziekte vermindert onder andere de kwaliteit van pezen en banden waardoor de patella zijn grip kan verliezen. Patella luxatie naar de binnenkant van de knie komt vaker voor bij kleine rassen, dit is de meest voorkomende vorm van patella luxatie. Patellaluxatie naar de buitenzijde van de knie komt vaker voor bij grote hondenrassen en is meestal het gevolg van een trauma.
Indeling in gradaties
Patella luxatie wordt ingedeeld in vier gradaties. Deze indeling is van belang voor de keuze van de behandeling:
Graad I
De knieschijf is te luxeren. Bij een gestrekt been is de knieschijf met de hand te verplaatsen. Wanneer de poot weer in de normale stand staat schiet de knieschijf vanzelf terug.
Graad II
De knieschijf schiet regelmatig vanzelf naast het gewricht en blijft voor een bepaalde periode in geluxeerde positie staan. Door het regelmatig op- en afschieten van de knieschijf kan artrose ontstaan.
Graad III
De knieschijf is continu geluxeerd. Wordt de knieschuif met de hand teruggezet dan schiet hij vanzelf weer in de geluxeerde positie. De kraakbeensleuf is ondiep en de poot staat permanent in gebogen stand.
graad IV
De knieschijf is permanent geluxeerd en de kraakbeensleuf is afgevlakt. De poot wordt continu opgetild.
Behandeling
Voorafgaand aan de behandeling wordt de gradatie van de patella luxatie vastgesteld door een dierenarts. De test die deze dierenarts toepast is een test volgens het Meutstege protocol, dit is een test door de Raad van Beheer aangegeven. Het bestuur erkent alleen de resultaten van deze test.
Graad I luxaties worden meestal niet operatief behandeld maar kunnen wel pijn en artrose veroorzaken. Graad II, III, IV worden in de regel operatief behandeld. Er zijn verschillende operatietechnieken waarbij gedacht moet worden aan het hechten van het gewrichtskapsel, het uitdiepen van de groef of het verplaatsen van de aanhechtingsplaats van de kniepees zodat de patella op de juiste plek wordt gehouden.
Bronvermelding:
http://www.diergeneeskundigcentrum.nl/hond/ziekten/402-patella-luxatie-losse-knieschijf, geraadpleegd op 6-6-18
https://www.houdenvanhonden.nl/zoeken/?q=meutstege, geraadpleegd op 6-6-18